.

“Let niet op de rommel!” hoor ik als ik de gang in stap.

De voordeur stond al open, handig zo’n appartementencomplex. Nou, als ik niet oplet dan haal ik zonder kleerscheuren de woonkamer niet roep ik lachend terug en er klinkt bevestigend bulderend gelach elders uit het appartement.

“Loop maar door hoor, ik ben in de woonkamer”.

De woning ken ik al door de intake, een kleine drie weken geleden, maar de chaos is alleen maar meer geworden. Eenmaal in de woonkamer geeft Maarten me een stevige handdruk. “Zo, je hebt de weg gevonden!” Weer gebulder.

Maarten 

Maarten is een boomlange man van net 40, vader van een prinses en van een tuinkabouter. Allebei 6. Twee-eiig maar dat zou je niet zeggen vertelt Maarten, qua rommel zijn ze hetzelfde. De moeder is niet in beeld gaat hij door maar daar hebben we alle drie vrede mee, de kinderen zullen er wel over beginnen tegen je.

Wil je me vertellen hoe de afgelopen drie weken voor je waren? De eerste stap om mij in te schakelen leek je redelijk makkelijk af te gaan, maar na akkoord op m’n offerte heb ik je niet meer gehoord. Nu kom ik hier binnen en zie ik een ontplofte gang. Ik ben eigenlijk erg benieuwd wat er de afgelopen drie weken gebeurd is.

“Ja nou eigenlijk niet zoveel, maar toen m’n moeder hoorde dat jij komt helpen is zij vast begonnen”

Aaah, zoiets vermoedde ik al. Het gebeurd best vaak dat vrienden of familie spontaan komen helpen als ze horen dat er hulp is ingeschakeld. En hoe lief ook, het resultaat is gewoon anders. De enorme berg rommel in de gang is er een stille getuige van.

We zouden vandaag gaan starten in de kamer van je dochter, maar is het misschien een idee dat we er een uurtje aan vast plakken en dan eerst de gang doen?

“Graag!” roept Maarten. “Maar eerst koffie, zet dat kwartier ook maar op de rekening”. Dat doe ik natuurlijk niet, maar wel lief dat hij het aanbied.

Iets meer dan vijf uur later stap ik, moe maar zeer voldaan, de galerij van de flat op. De gang is netjes, op alle afval na. Omdat het zaterdag is, en inmiddels al na vieren kunnen we eigenlijk niks meer wegbrengen. Maar dat brengt Maarten maandag zelf naar het grofvuil station. 

De kamer van de prinses is helemaal netjes. We hebben niet alleen alle kleding uitgezocht, maar ook alle speelgoed gesorteerd en uitgezocht. Deze prinses was al voorbereid, op school was er aandacht geweest voor kinderen die eigenlijk geen speelgoed krijgen omdat dat niet altijd financieel haalbaar is. Drie keer raden waar haar oude speelgoed heen mocht!

“En nu?” vraagt Maarten me, “Moet ik die tuinkabouter z’n kamer nu zelf doen? Zo netjes als bij jou wordt het dan niet.” Wat jij wil, uiteraard kom ik je met heel veel plezier helpen, je koffie is erg lekker antwoord ik. Weer gebulder. “Plan de rommel maar vast in!”

 

 

 

.