..  

 

“Ik hoopte dat je af zou zeggen….” Klonk het vol schaamte toen ze de deur opendeed, ondertussen mijn blik vermijdend.

Schaamte doet een hoop met mensen hoewel het eigenlijk altijd onterecht is. Om welke reden dan ook ben je in deze situatie beland. Chaos in je huis, het overzicht volledig kwijt of geen idee waar te beginnen. In welke mate dan ook. Het is wat het is en mijn oordeel is niet relevant.

Zal ik eerst even binnenkomen? Opper ik voorzichtig, dat praat fijner dan op de stoep.

Eenmaal binnen hang ik mijn jas op en vraag ik mijn klant of ze misschien een kopje thee voor ons wilt zetten. Dat doe ik met een reden; In de veiligheid van haar eigen keuken kan ze even tot zichzelf komen.

De, nu nog, ongewenste indringer kan op haar beurt even alles in zich opnemen. Want echt ongewenst ben ik natuurlijk niet, de klant heeft me zelf benaderd. Maar de schaamte is groot. Immens groot.

 

Deborah

 

Ze is best succesvol begint ze te vertellen als we met een kop hete thee aan de keukentafel zitten.  “Ik ben begeleider op een zorggroep en ik maak binnenkort kans op promotie. En daarnaast zing ik in een koor. Maar thuis lukt het me niet. Niet meer in elk geval. Vroeger wel hoor, alles was altijd netjes”.

Ik knik, vraag door en vraag vooral waar haar grootste pijnpunt zit. Dan hoor ik Deborah tussen de regels door ineens zeggen dat ze het samenzijn mist. Met man en kinderen op de bank, een leuke film aan of zo’n hysterische spelshow. “Daar moeten we altijd enorm om lachen”.

Als ik me een klein stukje omdraai naar het woonkamergedeelte, dan zie ik het pijnpunt direct. De bank is bijna onvindbaar, de salontafel zie ik nauwelijks en voor de televisie staan bergen met spullen.

Ik praat er overheen. Laten blijken dat het inderdaad wat uit de hand gelopen is, is geen optie en zal de schaamte alleen maar verergeren. Wat is jouw lievelingsplekje op de bank vraag ik, en ze wijst de plek  liefdevol aan. Haar blik wordt wat dromerig. Ik weet zeker dat Deborah daar haar kinderen voorgelezen heeft, dat daar de eerste gesprekken over vriendjes hebben plaatsgevonden en dat ze daar de gezelligste momenten heeft gehad. Gehad. Want ze zit er al een poos niet meer.

Ik stel voor om je te helpen dat kleine geluksmomentje terug te brengen. Samen kunnen we de woonkamer omtoveren in de woonkamer zoals jij die zojuist voor je zag.  Dan mail ik je vanavond mijn plan van aanpak zeg ik en ik zie de schrik in haar ogen. “Is het zo erg?”  Verre van! Haast ik mij te zeggen. Maar het is wel fijn dat we onze werkafspraken even vastleggen, zowel voor jou als voor mij. Als ik mijn agenda er bij pak zie ik een beetje hoop oplichten, zullen we woensdag alvast inplannen? Onder schooltijd? Woensdag is goed. Een lichtpuntje zoals ze zelf zegt.

“Maar beloof me dat je niet zult afzeggen”. Dat beloof ik.